14 en 15 januari 2006 - Meer Kampot
Zaterdag 14 januari 2006, dag 56
Vandaag uitgeslapen tot maarliefst acht uur en ontbeten met kaaspannekoeken zonder kaas. Daarna was geshopt op de markt (gelukkig wis Edward nu een minder ongelukkige ingang te vinden). Boodschappenlijst: koffie, thee, wasmiddel, garen (blauw), shampoo en een kado-tje voor Sanne. Wel een gedoe om over ieder klein item te moeten onderhandelen. Met onze onderhandelingsvaardigheden waren we hoogst waarschijnlijk nog meer kwijt als in de supermarkt, maar we denken dat het beter is om de ondernemers op de markt wat handel te verschaffen. Thee en garen werden niet gevonden en het kado bestond uit een potje nagellak. Tja, als globetrotter in spe ben je snel tevreden. Nog bijna een kado-tje gekocht voor ons nichtje Sophie, maar dat ketste af op de prijs (gelukkig kan Sophie dit niet lezen, alhoewel: ze is al bijna 1).
's Middags wilden we relax en uitgebreid lunchen. Het restaurant luisterend naar de naam Raani Curry Leaf leek ons hiervoor uitermate geschikt. Het hoeft geen uitleg uit wat voor keuken dit restaurant serveert. Qua bier gebeurde waar we al gewaarschuwd waren: warm bier! Niet lauw, nee warm! In nederland reden om de allerhoogste manager van de tent ter verantwoording te roepen, maar hier komt het vaker voor. Camboja kent een groot tekort aan koelkasten. Wat nu? De emmer met ijsklonten naast het bier biedt een oplossing. In Cambodja drinkt men bier on the rocks! Gelukkig werd voor dit drankmisbruik geen Angkor gebruikt. De alleraardigste eigenaar waarschuwde ons wel dat India's eten wel even op zich laat wachten. Geen probleem, we hebben immers een jaar de tijd. Aangezien we de enige gasten waren zou het immers nooit echt lang kunnen duren. Vervolgens liep de eigenaar de straat op om na tien minuten terug te komen met de boodschappen. Na een half uur ging hij nogmaals boodschappen doen. Na een uur begon het erg lekker te ruiken vanuit de keuken. Toen Edward even later naar de WC ging (krijg je van al dat waterige bier) en even in de keuken keek zag hij dat drie personen druk in de weer waren met ons eten. Toen Sanne na anderhalf uur naar de WC ging waren er al vier mensen in de keuken. En na twee uur gebeurde het: ons eten werd geserveerd. Vier soorten groente, kip masala, naan brood, alles even heerlijk! De (hoofd)kok kwam nog even vol trots naar onze tafel en ontving alle lof. Fantastische tent. Het was een prima middag-programma.
De grootste bezienswaardigheid bij Kampot is het Bokor Hill Station. Een verlaten dorp in de bergen met een illuster verleden (hierover later meer). Het probleem is dat het nogal moeilijk bereikbaar is. De weg er naar toe is alleen bereikbaar per 4WD, een hobbelige rit van twee uur. Voor iemand die wat last heeft van de ziekte van Meniere is dit geen goed idee. Daarom zou Edward alleen gaan de volgende dag. Meteen een "tourtje" geboekt voor de volgende dag.
' s Middags nog wat reisplannen gemaakt. Als we nog naar de Philipijnen willen moeten we eigenlijk niet te lang wachten. Tussen April en September is het daar niet prettig ivm tyfonen. Echter, de meest voor de hand liggende route is Zuid Vietnam, Noord Vietnam, ZuidWest China en dan Thailand. We zien het wel, we kunnen ook altijd nog in november naar de Philipijnen, dan blijven we wat langer weg ;-). Na het inpassen van Laos zouden we daarna de oostkust van Maleisie wel eens aan de beurt kunnen zijn. En Indonesie misschien?
Einde van dag 56, bier on the rocks-dag.
Zondag 15 januari 2006, dag 57
Edward vertrok om 7.30 per 4WD naar Bokor en Sanne sliep uit tot 9.00! Ze at lime pannekoeken in de tuin en kon op dat moment niet vermoeden hoe goed de keuze was om niet mee te gaan naar Bokor. Op het moment dat ze in haar hangmat een ijsthee bestelde, had Edward het zwaar. Het zo veel mogelijk touristen in een auto proppen is ook hobby van de lokale tour-operators. De weg was zo goed als onbegaanbaar. Het hillstation is gevestigd op 1080 meter en de weg er naar toe is 41 kilometer lang. Om er te komen ben je als snel twee uur bezig, zittende op een smal plankje achter op een pickup-truck. De weg is in 1917 aangelegd door franse kolonisten, maar ogenschijnlijk sindsdien niet onderhouden.
Die rare fransen vestigden zich in Kokor om te ontsnappen aan de hitte. In 1925 was het hotel met de naam Bokor Palace gereed. Dit hotel diende tevens als casino, een prima combinatie lijkt me zo (eerst drinken, dan gokken en dan slapen). Maar alvorens bij dit stulpje aan te komen, kwamen we langs een voormalig optrekje van koning Sihanouk, het zogenaamde Black Palace. Ook deze koning had net zoals zijn voorgangers in de Angkor periode e.e.a. laten bouwen, hoewel op een wat meer bescheidene schaal. Dit paleisje diende als buitenverblijf en tevens als schuilplaats. Zoals alle gebouwen in Bokor is the black palace verlaten. Het ziet er vreemd uit. Het gebouw oogt modern, maar alle ramen, deuren en de inventaris is gestript. Wat over blijft is een betonnen karkas. Daarnaast was the black palace gehuld in een dikke laag mist, waardoor het geheel een wat griezelige indruk gaf.
Na nog een half uurtje hobbelen kwamen we aan bij het hill station. Nog meer verlaten gebouwen, waar onder een katholieke kerk, een budhistische tempel, een watertoren en een postkantoor.
Maar de absolute topper was dus het Bokor Palace hotel.
Het moet wel bijzonder geweest zijn om daar een potje Black Jack te spelen. Wellicht een goede lokatie voor een avondje pokeren met Edward's vrienden van de All Mens Whisky and Poker club? Dit zou bijvoorbeeld in de volgende ruimte kunnen plaatsvinden:
Er gaan geruchten dat lieden die verloren hadden zich van de berg lieten storten. Op het terras was inderdaad een enorme afgrond te vinden, dus het verhaal zou waar kunnen zijn.
Afijn, de Fransen begonnen dus met deze flauwekul. Laat in de 40'er jaren werd Bokor verlaten tijdens de oorlog om onafhankelijkheid van Cambodja. De vietnamesen en de Khmer Issarah veroverden Bokor. In de 70'er jaren veroverden de Khmer Rouge Bokor. Gezien de ligging hebben de Khmer Rouge guerillas het hier nog tot in de jaren 80 vol gehouden. De laatste Khmer Rouge unit hield zich schuil in de katholieke kerk. Uiteindelijk werden ze dood geschoten vanuit het Bokor Palace Hotel (500 meter verderop).
Hier rond lopen in deze spookstad is een vreemde gewaarwording. Na nog een jungle walk van een uurtje waar in nog enkele verlaten Khmer Rouge schuilplaatsen gespot werden was het tijd om terug te hobbelen naar beneden. Helaas duurde terug ook twee uur. Terug aangekomen bij het Guesthouse zat Sanne relax te lezen in de tuin. Na al het stof smaakten de Angkor's als nooit tevoren. Die avond was het veel te gezellig in het naastgelegen Blisful Guesthouse. Twee Australiers waren bijzonder aangenaam gezelschap en tevens zeer goed op de hoogte van de geschiedenis en de huidige ontwikkelingen in Cambodja (hier over later meer). En er was chocoladetaart!
Einde van dag 57, de dag dat Edward zich waande in een spookstad.
0 Comments:
Post a Comment
<< Home